Tot aan 1866 stond aan de Raadhuisstraat een “Schoolhuijs” inclusief een onderwijzerswoning.



Rond het jaar1850 was de Raadhuisstraat de belangrijkste straat van het Ginneken. De gegoede Ginnekense stand, zoals de burgemeester, officieren van de KMA en doktoren hadden zich hier gevestigd. Ook de gemeentelijke school inclusief een onderwijzerswoning stonden aan deze straat, precies op de plaats waar nu de Viandenlaan begint. Vóór de annexatie in 1942 heette de Viandenlaan nog Bernhardlaan. Van de school is niets meer terug te vinden.

In de 16e eeuw was in de kom van het dorp Ginneken al een school aanwezig. Dat was een zeer eenvoudig gebouwtje. In de zomer kwamen er rond de twintig kinderen naar de school. In de winter kon dat oplopen tot zo’n honderd kinderen. Dat kwam door de seizoensarbeid waarbij ook kinderen werden ingezet. In 1709 werd door de predikant van Ginneken in een vergadering van schout en schepenen een beter schoolgebouw geëist, omdat het aantal kinderen met het jaar toenam. Het nieuwe schoolgebouw waarin voor 225 leerlingen plaats was, heeft tot 1866 dienst gedaan.

Een grote nieuwe gemeentelijke school werd gebouwd aan de Schoolstraat…

Omdat de school te klein was geworden besloot in 1866 de Ginnekense gemeenteraad een nieuwe gemeentelijke openbare school met onderwijzerswoning te bouwen. Hiervoor werd aan de Schoolstraat (de huidige Dillenburgstraat) een perceel grond van 10 roeden groot gekocht voor een bedrag van ƒ 1000,00. De nieuwe school werd gefinancierd uit de verkoop van de oude school aan de Raadhuisstraat en een lening van ƒ 6000,00. De Ginnekense aannemer J. van der Loo nam de bouw aan voor een bedrag van ƒ 12.355,00. De nieuwe school bestond uit drie klaslokalen en een onderwijzerswoning. In 1867 werd de school in gebruik genomen. Toen in 1938 op die plek de doorbraak voor de Viandenlaan moest komen, is de school afgebroken en iets verder, op de hoek Dillenburgstraat/Viandenlaan, herbouwd.

In 1866 was de gemeentelijke lagere school de enige onderwijsinstelling in het Ginneken. In 1871 kwam er ook bijzonder onderwijs met een Rooms Katholieke school voor lager onderwijs en een bewaarschool (de latere kleuterschool) die werden geleid door de Eerwaarde Zusters Franciscanessen uit Etten. Ook werd het Pius-gesticht opgericht. Door de sterke toename van het aantal schoolgaande kinderen had de gemeentelijke school weinig last van de oprichting van de katholieke school. In 1903 werd de gemeentelijke school zelfs nog met één klaslokaal uitgebreid. Dit lokaal werd met een gang, toiletten en bergruimten door aannemer De Swart voor ƒ3162,00 aan de achterzijde van de school bijgebouwd. In 1912 werd de school opnieuw uitgebreid.

Rond het jaar 1912 beleefde het bijzonder onderwijs een grote bloei…

Door de spectaculaire toename van het aantal leerlingen rond het jaar 1912 kwam er in de Julianastraat (nu Dillenburgstraat) een aparte school voor jongens. In 1916 werd deze nieuwe school, de Laurentiusschool, in gebruik genomen. Dit kostte de openbare gemeentelijke school wel veel leerlingen. Ook onderwijzers, die overstapten naar de Laurentiusschool. Op slag was de Laurentiusschool al te klein. Extra ruimte werd gevonden door het huren van de leeggekomen klaslokalen van de Gemeentelijke school. Ten tijde van de Tweede Wereldoorlog werd er een militair tehuis in gevestigd. Van 1911 tot 1916 was Josephus Taks hoofd van de gemeentelijke openbare school. Maar in 1916 stapte ook hij over naar de Laurentiusschool. Vanaf dat moment kreeg de Laurentiusschool de bijnaam “het schooltje van Taks”.

In het jaar 1866 vond er een openbare verkoping plaats van de voormalige gemeenteschool aan de Raadhuisstraat. Dat gebeurde door notaris Jonckheer in café De Gouden Leeuw en café De Vrachtwagen. Voor ƒ1320,00 werden het schooltje met één leslokaal en de onderwijzerswoning gekocht door de broodbakker Jacob Ballintijn. Hij maakte van het schoolgebouw een pakhuis. Het woonhuis werd door zijn zoon Andreas betrokken, die het pakhuis naar achteren vergrootte. In 1918 werden de gebouwen verkocht aan wijnhandelaar Franciscus van Calker die het op zijn beurt in 1922 verder verkocht aan wijnhandel Elsevier. In 1930 kreeg de gemeente het pand opnieuw in handen voor een bedrag van ƒ 25.000,00. Het pand van de oude school in de raadhuisstraat werd gesloopt

De oude school aan de Raadhuisstraat vond zijn einde door een brand…

Dat was nodig om de achterliggende Schoolakker (nu Schoolakkerplein) te ontsluiten. Omdat de Ginnekense Paardentram een route door het centrum van Ginneken kreeg, moest er voor de jaarlijkse kermis een andere plaats worden gezocht. Een verhard Schoolakkerplein was daar zeer geschikt voor. In 1933 werd het pakhuis dat door Elsevier gehuurd werd, door een uitslaande brand volledig in de as gelegd. In het pand lag een enorme hoeveelheid alcoholische dranken opgeslagen, waardoor het een enorme brand is geworden. Die kon door de Ginnekense brandweer niet worden geblust. De brandweer uit Breda en Princenhage schoten te hulp. De vaten in het pand explodeerden een voor een. De doorbraak naar het Schoolakker werd door de brand iets groter dan gepland -Jan Schellekens.

Tekst bij de foto's (voor de foto's klik hieronder op 'overig beeldmateriaal'):

1. In 1938 kwam er in de Raadhuisstraat een doorbraak om de Viandenlaan aan te leggen voor het ontsluiten van het Schoolakker. Daarvoor moest de voormalige gemeenteschool worden afgebroken.

2. De gegoede Ginnekense stand waaronder de burgemeester, officieren van de KMA en doktoren gingen bij voorkeur in de Raadhuisstraat wonen. De Baronielaan moest nog worden aangelegd.

3. In 1916 kwam er aan de Schoolstraat (Dillenburgstraat) een aparte katholieke school voor jongens. J. Taks werd het eerste hoofd. Vanaf dat moment kreeg de school de bijnaam “het schooltje van Taks”.